4. Voorkomende ziekten en plagen in fuchsia's

              

J20-Fuchsia roodwit 5kB.gif (4721 bytes)
4B. Bladluizen
.

.

Van de bijna 600 soorten bladluizen die ons land bevolken, is de meest voorkomende en meest beruchte de groene perzikluis Myzus persicae. Hij is berucht, omdat hij verschillende virusziekten over land- en tuinbowgewassen verspreidt. Ook op de fuchsia's komt deze bladluis, naast een andere bekende soort, de zwarte boneluis, nogal eens voor. Fuchsia's zijn voor deze luizen één van de zomerwaardplanten. De traagbewegende bladluis is amper 2 mm groot en er zijn zowel gevleugelde als ongevleugelde generaties. De luis heeft een telescopische zuigsnuit, waardoor twee kanalen lopen. Door het ene kanaal pompt hij giftig speeksel dat vol zit met enzymen, om de plantecellen van elkaar los te maken. Zo komt hij met de zuigsnuit in het blad om met het andere kanaal aan zijn zuigmaaltijd vol suikerhoudende bouwstoffen te beginnen.
De soort overwintert op winterwaardplanten en die zijn voor een groene perzikluis een perzikboom of een Amerikaanse vogelkers. Een zwarte boneluis bivakkeert als een ei op een Euonymus europea of een Viburnum.
In het vroege voorjaar komen op de winterwaardplant de larven uit de eitjes en dat zijn alleen maar de toekomstige wijfjes. Op de winterwaardplanten is hun aanwezigheid onder meer op te merken aan de bladrol die ze in de struiken veroorzaken. Als er tegen het eind van het voorjaar een milieubenauwenis op de planten ontstaat, krijgen de ongevleugelde bladluizen op wonderbaarlijke wijze vleugels. De vleugels gebuiken ze om al zwevend van struik naar struik, uiteindelijk op hun voorkeurs-zomerwaardplant te landen. op die planten geschiedt de voortplanting en dat gebeurt zonder bevruchting. Meestal leggen de luizen geen eitjes, maar komen de larven levend ter wereld. Een bladluis kan 50 tot 100 kleintjes produceren die bij een temperatuur van 22 °C al in een week volwassen zijn. Deze gaan onmiddelijk door met het 'stekken' van nieuwe luisjes in hun lichaam.
Aan het begin van de herfst krijgen de jonge luizen weer vleugels en daarmee zweven ze naar de winterwaardplanten. De laatste bladluizen op de zomerwaardplanten zetten gevleugelde mannetjes op de wereld en die zweven de gevleugelde vrouwtjes achterna. Ze zorgen voor bevruchting van de wijfjes en deze wijfjes zorgen er weer voor dat de levenscyclus van bladluizen opnieuw kan beginnen.
Aan het begin van de herfst krijgen de jonge luizen weer vleugels en daarmee zweven ze naar de winterwaardplanten. De laatste bladluizen op de zomerwaardplanten zetten gevleugelde mannetjes op de wereld en die zweven de gevleugelde vrouwtjes achterna. Ze zorgen voor bevruchting van de wijfjes en deze wijfjes zorgen er weer voor dat de levenscyclus van bladluizen opnieuw kan beginnen.
De larven zien er, evenals de volwassen bladluizen, groen uit maar zijn wat kleiner.
Doorgaans zitten de luizen aan de onderzijde van het blad of op de jonge scheuten.
Het sapzuigen en het met giftig speeksel inspuiten doet het blad verkleuren en verwelken. Het zuigen aan de jonge scheuten veroorzaakt groeiremming. Daarnaast scheiden ze vloeibare uitwerpselen met suiker uit, waardoor de onderliggende bladeren met een kleverig laagje honingdauw bedekt worden. Evenals bij de wittevliegen kan hierop de roetdauwschimmel gaan groeien en de uitwerking op het blad is een ontregelde assimilatie en kaal wordende fuchsia's.
Planten die in de kas of in de kamer op de tocht staan, kunnen gemakkelijker door luizen als landingsplaats uitgezocht worden. Veel soorten bladluizen lijken een voorkeur voor geelgroen blad te hebben. Als de bladluizen niet een aantal natuurlijke belagers zouden hebben, zouden zij door hun snelle vermeerderen, nauwelijks voldoende voedsel kunnen vinden. We moeten dan ook erg voorzichtig zijn om met alle gifbespuitingen niet de lieveheersbeestjes en gaasvliegen kwijt te raken. Deze beestjes  en hun larven kunnen enorme hoeveelheden bladluizen verorberen,
Een aanwijzing dat er bladluizen in uw fuchsia's zitten, geven vaak de horden mieren die langs stam en takken lopen. De mieren komen op de uitgescheiden suiker af en weten de bladluizen aan te zetten tot nog meer plantensappen opzuigen.
Een maatregel om een bladluizenplaag te beteugelen, is het uitknijpen van de stengeltoppen met daarop beginnende kolonies bladluizen..
Andere maatregelen zijn de planten afspuiten met een krachtige waterstraal. Van een bespuiting met warm water boven 45 °C gaan ze dood.
Met het gewasbeschermingsmiddel Admire  hebben de leden van de NKvF goede ervaring opgedaan in de bestrijding van bladluizen.
 

 

'Gelderse Fuchsia Info-site'- november 2008