4. Voorkomende ziekten en plagen in fuchsia's

              

J20-Fuchsia roodwit 5kB.gif (4721 bytes)
4A.Kas-wittevliegen
.

.

De Trialeurodes vaporium of kas-wittevlieg is één van die plaaggeesten waar de fuchsialiefhebber regelmatig last van heeft. Wat het eerst opvalt, zijn de volwassen wittevliegen die opvliegen als u de planten aanraakt. Kas-wittevliegen zijn echter geen vliegen, maar behoren tot de motluizen.Men denkt dat ze uit Zuid- en Midden-Amerika afkomstig zijn.
De vliegjes zijn ongeveer 1 mm lang. Hun hele lichaam is bepoederd met een witte stof die door klieren aan het achterlijf afgescheiden wordt en die ze met hun pootjes ook over de vleugels uitstrijken. De mannetjes zijn wat kleiner dan de vrouwtjes. De vrouwtjes kunnen eitjes leggen zonder te zijn bevrucht. Volwassen exemplaren leven slechts 30 à 40 dagen.
Kas-wittevliegen overwinteren meestal in verwarmde kassen. Buiten kunnen ze niet overwinteren, omdat hun waardplanten bevriezen.  Naast de fuchsia zijn die waardplanten onder andere het wilgenroosje, brandnetel, melkdistel en tomaat.
Gemiddeld legt een wittevlieg 25 eitjes per dag en ze kan tijdens haar leven zo'n 500 eitjes afzetten. De gele eitjes, met een lengte van 0,2-0,25 mm, verkleuren na 2 dagen naar zwart. Die eitjes zitten in cirkeltjes van 20 tot 40 stuks, voornamelijk aan de onderzijde van de bladeren.
Onder kasomstandigheden komen er al binnen 10 dagen larfjes uit de eieren. Deze zijn plat, 0,3 mm lang en lichtgroen van kleur. Bij 21 °C duurt het larvestadium 3 tot 6 dagen. De krap in het huidpantser zittende larve vervelt dan. Het daaropvolgende larve- en popstadium duurt bij 21 °C dan 7 tot 11 dagen. Daarna komt er uit de pop een volwassen vlieg. Van ei tot vlieg duurt bij 21 °C 3 weken; bij 15°C wel 4 weken. De larven en volwassen wittevliegen fourageren aan de onderzijde van de bladeren en vooral op jonge blaadjes. 
Met hun stekende en zuigende monddelen zuigen ze het plantensap daaruit. De wittevlieg en zijn larven verwerken - om voldoende eiwit binnen te krijgen - grote hoeveelheden sap. Daarbij scheiden ze in de vloeibare uitwerpselen grote hoeveelheden suiker af, die op de onderliggende bladeren terecht komt. Dit kleverige zoete laagje heet honingdauw. De laag honingdauw verstopt de huidmondjes, waardoor verdamping door het blad en aanvoer van voedingszouten wordt bemoeilijkt. Is de relatieve vochtigheid in een kas enkele dagen boven de 90%, dan groeit op de kleverige laag de roetdauwschimmel Cladosporium. Deze belet ook nog de noodzakelijke lichttoetreding voor het assimilatieproces. De plakkerige bladeren verkleuren en vallen af, met als eindresultaat dat de groei van de jonge stengel volledig is afgeremd. De voortplantingssnelheid van de wittevlieg hangt nauw samen met de voedingstoestand van de waardplant; hoe gezonder de plant, des te sneller plant de wittevlieg zich voort.
Bij kleine collecties planten is een te treffen maatregel het dooddrukken van de wittevliegen. Voor grotere collecties is daar geen beginnen aan. Door wittevlieg bewoonde kamerfuchsia's kunt u enkele malen achtereen in eem regenbui zetten; dan spoelen de volwassen beestjes eraf.
Met het gewasbeschermingsmiddel Admire is binnen de fuchsiavereniging goede ervaring opgedaan in de bestrijding van kas-wittevlieg..
 

''Gelderse Fuchsia Info-site'- november 2008

J20-Next 3kB.gif (2469 bytes)